Home Kennisplein Welke bijdrage kan TEA leveren aan onze energiebehoefte

25 mei 2021

Welke bijdrage kan TEA leveren aan onze energiebehoefte

ROM3D heeft voor Noord-Nederland het winnen van Thermische energie uit Oppervlaktewater en (TEO) en Thermische energie uit afvalwater (TEA) verkend. In beide gevallen werd naar de potentie van deze bronnen gekeken en welke bijdrage deze bronnen kunnen leveren aan de warmtetransitie. Onderzocht is op welke locaties hoeveel energie (warmte) beschikbaar is en hoeveel huishoudens hiermee verwarmd kunnen worden. Dit artikel gaat over de studie die ROM3D heeft uitgevoerd over de kansen van TEA.

Zoektocht

Vergunningen bleken geen goede bron van informatie. Alleen de allergrootste lozers hebben een vergunning nodig. En een vergunning zegt op zich niets over de werkelijke grootte van de lozing. Wel is er betere monitoring van de vergunde lozingen. De kleinere lozingen vallen onder het Activiteitenbesluit en zijn alleen meldingplichtig. Van deze middelgrote bronnen zijn geen gegevens vastgelegd over de warmtelozingen. Echter door de verspreide ligging van deze middelgrote bronnen zijn ze juist interessant om warmte te leveren. De restwarmtepotentie van alle (middelgrote en grote) bedrijven is daarom berekend op basis van het energiegebruik van de bronnen. Daarbij is voornamelijk geput uit de cijfers van de Emissie Registratie NL, onderdeel van het Europese Emission Trading System.

 

Grootste restwarmteleveranciers

Uit de analyse blijkt dat veel restwarmte bij clusters van bedrijven beschikbaar is, denk hierbij aan Eemshaven, Farmsum. Hierdoor ontstaat overlap tussen de bronnen; er is bij de clusters meer restwarmte dan binnen een redelijke afstand kan worden afgezet. Om de warmte volledig te benutten zou deze erg ver getransporteerd moeten worden. Door de grote afstand tot de gebouwde omgeving is het uitkoppelen van deze restwarmte financieel waarschijnlijk niet haalbaar. Een voorbeeld hiervan is Attero Wijster.

 

Uit de inventarisatie blijkt dat de totale restwarmteproductie op ca. 16 PJ uitkomt, de warmtevraag van ongeveer 320.000 woningen. Hiervan komt 70% vrij in de Eemshaven; met het nieuwe datacentrum van Google neemt dit aandeel nog toe. Om deze warmte goed te kunnen benutten zou een grote transportleiding naar Groningen moeten worden gelegd.

 

Na Eemshaven zijn het afval- en energiebedrijf Twence in Hengelo (Overijssel) en Attero Noord in Wijster (Drenthe) de grootste bronnen. Bij Twence wordt er al hard gewerkt aan een goede benutting van de restwarmte. Twence levert sinds 2011 uit haar verbrandingslijnen stoom aan ‘buurman’ Nouryon en de restwarmte levert Nouryon weer aan het warmtenet Hengelo. Twence levert ook restwarmte aan het warmtenet in Enschede en op termijn kunnen 20.000 extra huishoudens en bedrijven van duurzame restwarmte worden voorzien.

 

Attero levert al een beperkt deel van haar restwarmte aan omliggende bedrijven. Verdere benutting is moeilijk vanwege de vrij grote afstand tot de bebouwing van Hoogeveen en Beilen. Het bedrijvencluster in Farmsum is ook groot. Hier ligt ongeveer 10% van de totale restwarmteproductie van alle clusters, en de bebouwing in Delfzijl en Appingedam is redelijk dichtbij en de warmtevraag daar is een groot deel van het aanbod. Alle overige kleinere bronnen vormen samen ca. 15% van het totale restwarmtepotentieel. In een aanzienlijk deel van deze gevallen zal het lastig zijn om die restwarmte te benutten omdat het om vrij kleine hoeveelheden gaat die niet altijd continue ter beschikking staan.

 

Er is een verdeling gemaakt van warmte die op relatief korte afstand van warmtevraag beschikbaar is en warmte die relatief ver weg wordt geloosd. Een grote warmtebron kan over een wat grotere afstand worden benut dan een kleine. Het blijkt dat ca. 4 PJ aan restwarmte direct in de buurt van voldoende warmtevraag aanwezig is. Als we ervan uitgaan dat hiervan 50% kan worden benut, dan is de potentie 2 PJ, d.w.z. ca. 40 000 woningen kunnen van warmte worden voorzien.

 

De studie omvat nu een verrijkte tabel en kaart met bedrijven in Noord-Nederland die restwarmte kunnen leveren. Deze gegevens zijn een waardevolle aanvulling op de restwarmtebronnen van de Warmteatlas die van veel industriële restwarmtebronnen namelijk nog weinig cijfers bevat.

Meer kansen in Overijssel

Naast de grote warmteleverancier Twence zijn er nog andere mooie kansen in Overijssel. Voorbeelden hiervan zijn Bel Leerdammer in Dalfsen, en Ten Cate in Nijverdal, waar inmiddels gewerkt wordt aan restwarmtebenutting. Tot slot kan Balkbrug nog worden genoemd: de kaasfabriek van Friesland-Campina draait op groene stoom, opgewekt door de Firma Brouwer. Deze fabriek heeft restwarmte beschikbaar.

 

Friesland-Campina gaat waarschijnlijk nog verder investeren in verduurzaming van de productie, hierdoor verminderd de hoeveelheid restwarmte nog. Desalniettemin is de verwachting dat er restwarmte overblijft welke een rol zou kunnen spelen in de verwarming van Balkbrug, waar Brouwer gevestigd is. Daar waar een warmtebron dicht bij warmtevragers ligt, is het zeker de moeite waard om te onderzoeken of die restwarmte benut kan worden. Ook bij kleine en middelgrote bronnen.

 

Meer informatie

Gemeenten en bedrijven die meer willen weten over het onderzoek of verder geholpen willen worden met hun vragen of initiatieven kunnen contact opnemen met Jan Hermen Kat, Waterschap Vechtstromen of Arjan Schutte, Waterschap WDOdelta.